Hangt de stadsprijs wielrennen aan een zijden draadje?

Die wedstrijd vond, in de beginjaren, eerst nog kort tegen het centrum plaats, met start en aankomst in de Veldbornstraat. Een aankomst met altijd veel volk. Werken aan de vesten, noopten de vzw uit te wijken tot buiten de ring. “Daar ving, met onze dank, garage Buttiens ons heel goed op, maar de publieke belangstelling liet het afweten”, aldus Freddy.

Terugkeren naar de Veldbornstraat was geen optie, nu de vesten eenbaanswegen zijn geworden. Oversteken zou te lange files tot gevolg hebben. En toen kwam er corona. “Twee jaren dat een organisatie zo goed als onmogelijk was, gaf ons respijt een oplossing te zoeken. Het aanbod om in te stappen in de organisatie van de Ronde van Vlaams-Brabant kon ons bekoren. Goetsenhoven, een deelgemeente van de stad, waar vroeger nogal wat wielergeschiedenis werd geschreven, leek ons best geschikt. De editie van vorig jaar kreeg met Thibau Nijs een mooie winnaar.”

Freddy Nolmans: “Zo’n wedstrijd inrichten wordt moeilijker, met druk verkeer, verkeersremmers en ander straatmeubilair als obstakels. Vorig jaar hadden wij een goede samenwerking met stad en politie. Mogelijke problemen werden op voorhand besproken. Om die reden dachten wij hetzelfde parcours als vorig jaar te behouden. Begin april deden wij een aanvraag bij de stad. Pas twee maanden later kregen wij te horen dat de stad over onvoldoende verkeersborden beschikte. Landen was bereid ons te helpen, maar de Tiense stadsdiensten hadden geen personeel om ze daar te gaan ophalen. Zelf deze klus klaren, bracht al evenmin soelaas. De verzekering liet dat niet toe! Ten einde raad waren wij genoodzaakt het parcours in te korten en een doortocht in Hakendover te schrappen. Ik ben een beetje in blijde verwachting om samen met burgemeester Partyka een oplossing uit te werken voor volgende edities, zeker gezien het feit dat Tienen zich de volgende twee jaar wil profileren als wielerstad.”