Voetbalterrein in Oplinter moet wijken voor andere plannen, eigenaar werd niet eens verwittigd
Het voetbalterrein van Oplinter moet wijken voor een wachtbekken van een overstromingebied. Eigenaar Jos Laudes is boos omdat hij gedwongen wordt tot een verkoop en hier niet eerder van op de hoogte werd gebracht.
In de Dalweg, als laagst gelegen gebied van Oplinter, zijn er vaak problemen met wateroverlast. Het is een weerkerend probleem, ten gevolge van vroegere rechttrekkingen van de Genovevahbeek. Het water kan er niet tijdig weg na hevige regenval. En de grond is er sowieso al verzadigd. Maar dat is volgens Jos Laudes geen reden om zaken boven de hoofden van de betrokken eigenaars te beslissen.
"Alle betrokken eigenaars, ook die van de Beekstraat, kregen ineens een brief in de bus over een infovergadering op 27 november. In de waterplannen die nu bestaan, werd dit voetbalterrein van Arsenal Oplinter aangeduid als het wachtbekken van een gecontroleerd overstromingsgebied. Wij voelen ons daarbij in snelheid gepakt en werden vooraf niet gehoord in deze plannen. Het lijkt ons bovendien dat er bij de technisch ingenieurs toch wat terreinkennis ontbreekt. Er was ook geen enkele inspraakmogelijkheid voorzien, wel ondervonden we heel wat politiek gewriemel en onduidelijkheid. En wat denk je van 'een verplichte verkoop zonder akkoord?' Zo'n brief ontvingen wij. Bestaat zoiets juridisch wel? Bovendien willen de Dalwegbewoners zelf geen wachtbekken voor hun deur."
Maar is er wel een alternatief? Jos: "Ja er is zeker een goedkoper alternatief. Ik ben zelf niet onbeslagen in zulke zaken, want ik werkte vroeger op de milieudienst van het Belgische leger. Die alternatieve oplossing, dat is met name de ophoging van de Oppenhemsestraat en het plaatsen van een sluis. Dan kunnen we de Genovevahbeek onder controle houden en de Asbeek verder haar ding laten doen."
Ook Maarten Kumpen zegt in een kort interview op de sociale media: "Het zou spijtig zijn dat dit zo doorgaat, want het is het laatste voetbalveld en trefpunt voor jong en oud in Oplinter."