Romantiek aan de Gete

6 juli 2022 | 09u41 | Gepost door rik.poulman@te…
romantiek

“En daarvoor kom ik dan speciaal naar Tienen!” Zwaar ontgoocheld, hevig gesticulerend en met gebalde vuisten uit de bezoeker zijn ongenoegen. Nog een geluk dat een coronaviruswerende glasplaat de vrijwilligster achter de infobalie tegen zoveel verbaal geweld beschermt. Woest stapt hij naar buiten.

“Kan ik iets voor u doen, mijnheer?” Een bezorgde voorbijganger merkt nog net het einde van de conversatie van op afstand en schiet de man ter hulp. Dienstvaardig als steeds. Het zit er bij de Tienenaars diep ingebakken om toeristen hartelijk welkom te heten in hun stad en dan iemand tegenkomen die niet tevreden lijkt… “Mag ik misschien vragen wat u dwars zit?” De vreemdeling lijkt te bedaren. Toch iemand met begrip.

“Weet ge”, begint de man, met een niet te miskennen West-Vlaams accent, “Het is de eerste keer in mijn leven dat ik naar Tienen kom. ‘k Zag er vroeger geen reden voor, maar een paar dagen geleden zag ik op Toerisme Vlaanderen iets staan over een ‘Gete- en vrouwenwandeling’. Wist ik veel wat de Gete voor iets is. Ik dus googelen om vast te stellen dat het een rivier is. En toen ging bij mij een lichtje branden. Plotseling begreep ik waarom mijn grootvader zaliger altijd zo enthousiast over de stad van de suiker sprak. Die oude sloeber had daar iets na de oorlog zijn legerdienst gedaan en als bomma niet in de buurt was, vertelde hij met tintelende oogjes over de vele cafeetjes in de buurt van de kazerne. Ik dacht bij mijn eigen, hij zal daar een mokske opgescharreld hebben en romantisch langs de Gete gaan wandelen zijn. Wou ik dus ook doen. Diezelfde sfeer opsnuiven. Ik dus een treinticket naar Tienen in de vaste overtuiging dat ze daar zoiets als de Chaussée d'Amour hadden ingericht. En dan stopt de dame mij daar een folderke in mijn handen over madammen die al lang dood zijn, hier, zie maar!”

Overlijdensberichten

Bij het ontvouwen van de wandelgids ontdekt de bereidwillige stadsgenoot al meteen een foto van Julia Tulkens. “Wel, wel, wel. Is ze overleden? Dat wist ik niet. Nochtans kijk ik iedere keer naar de overlijdensberichten in de Passe Partout, maar dat moet mij ontgaan zijn. Weet ge vriend, ‘k heb van haar nog een gedicht geleerd: ‘Mijn jonge lijf plooit als een wisse, onder de macht van uw begeert’. Pure romantiek.” En zich verder verdiepend in de lectuur van de wandelkaart: “Jongen toch, die wandeling moet je beslist maken. Lees dit eens over Beatrijs van Nazareth. Ze schreef prachtige teksten over zuivere en dienende liefde, over het onverzadigbare verlangen naar de volle liefde in haar traktaat ‘Van seven manieren van heiliger minnen’. Toch schoon nietwaar.” En zich richtend naar zijn gesprekspartner: “Awel, waar is die ineens naartoe?”

Lees meer over